Kloosterweekenden
Terugblik van een deelneemster
Van tevoren nagedacht of ik wel zou gaan. Ik had immers de maanden ervoor genoeg stilte om me heen gehad vanwege de lock-down. Wat zou ik me nu nog onderdompelen in stilte. Ook maakte ik dagelijks al een wandeling van een uur. Zou deze retraite me iets kunnen bieden?
De kennismakingsopdracht zorgde ervoor dat je met andere ogen je omgeving ging bekijken. Mari Verstegen stelde ons de vraag: “Welk beeld staat voor jou metafoor voor het meedoen aan deze retraite?” We liepen rond over het terrein, kwamen weer bij elkaar, lieten de metaforen zien en vertelden daarbij. Het was een eerste kennismaking met de natuur en het ijs in het onderlinge contact was meteen gebroken.
Na het avondeten maakten we een zintuigenwandeling. Tien minuten wandelden we met de nadruk op wat je hoort. Toen tien minuten wandelen met de nadruk op het ruiken, vervolgens het voelen, het proeven en tenslotte het kijken. Daarna wisselden we ervaringen uit. Ik voelde me een ander mens, zo had ik nog nooit eerder gewandeld. Wat doet dit je goed. Ook leerden we hierdoor het Abdijterrein kennen.
De Abdij van Berne in Heeswijk-Dinther is een prachtige plek om deze retraite te ondergaan. De afwisseling van buiten zijn en je in je kamer terug kunnen trekken was heel rustgevend om tijd te nemen wat er met je gebeurde te verwerken. Bovendien is het heerlijk als er zo goed voor je wordt gezorgd wat betreft de lekkere maaltijden.
De volgende dagen leerden we de natuur rondom de Abdij steeds beter kennen. Het viel me op dat ik anders liep: bewuster, ik rook meer, voelde vaker aan bladeren, bomen en grond en keek beter om me heen. Wat zijn er veel kleuren groen en wat is rood daarbij een vlambare kleur. Dit viel vooral op toen we met de groep van ‘afvalnatuur’ een mozaïek maakten. Je hebt maar weinig rood (van afgevallen klaprozen) nodig en je oog wordt er al naartoe getrokken.
We hebben met een loep (bloem)bladeren en takjes geobserveerd, iets wat ik thuisgekomen meteen met één van de kleindochters heb gedaan. Een mooie ervaring hoe een kleintje alles benoemt wat ze ziet.
Je moest een troostplek aangeven. Daartoe nam ik de medegasten eerst mee naar mijn rouwplek: een tak die de vorige dag door de storm bijna was afgebroken. Zo voelde ik me toen mijn man plotseling overleed. Vervolgens liepen we naar de uitbundig bloeiende weidetuin. Nu zie ik bloemen bloeien, die ik krijg van lieve mensen om me heen. Deze kleurrijke bloemen geven me troost.
De laatste avond zaten we om een kampvuur en lazen we de haiku’s voor die we de afgelopen dagen hadden gemaakt. Dat was een intiem gebeuren: kijkend naar de vlammen en luisterend naar elkaar.
Eén meter vijftig
is moeilijk vol te houden
bij saamhorigheid.
De laatste ochtend stonden we voor dag en dauw op want we gingen beleven hoe de dag ontwaakt. Het werd een bijzondere wandeling: zo stil maar met veel herrie van kikkers en vogelgeluiden, zo mooi de opkomst van de zon te zien, zoveel verschillende natuurperspectieven, zo koud de dauw te voelen en proeven, zo intens de natuur te ruiken. We aten onze boterham met zicht op het kasteel van Heeswijk en ik voelde me heel nietig en klein in deze omgeving.
Afsluitend vroeg Mari hoe we de ervaringen die we de afgelopen dagen hadden opgedaan thuis wilden vasthouden. Daar had ik wel ideeën over. Ik maakte een ‘Abdijhoekje’ met een kaarsje en een vaasje. Elke wandeling neem ik iets mee om in het vaasje te doen. Het is mijn manier om dagelijks terug te denken aan deze zo zinvolle vierdaagse onder begeleiding van de rustige en bescheiden Mari Verstegen. Hij heeft me geleerd op een nieuwe manier de natuur te beleven. Wat ben ik dankbaar dat ik niet heb afgezegd!
Marian Offenberger